Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zend (hulp, bestand)
Werkwoord
zend
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zenden
- gebiedende wijs van zenden
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zenden
Gangbaarheid
- Het woord zend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.