zijbeuk

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zijbeuk    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zij·beuk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zijbeuk zijbeuken
verkleinwoord zijbeukje zijbeukjes

Zelfstandig naamwoord

dezijbeukv/m

  1. (bouwkunde) een ruimte die evenwijdig loopt aan het middenschip van een kerk
    • De zijbeuken zijn meestal smaller en lager dan het middenschip. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord zijbeuk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
74 %van de Nederlanders;
90 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be