äpple
Zweeds
Uitspraak
- IPA: /ˈepˌle/
Zelfstandig naamwoord
äpple o
Verbuiging
äpples | enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | äpple | äpplet | äpplen | äpplena |
genitief | äpples | äpplets | äpplens | äpplenas |
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.