30-jaarlijks

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  30-jaarlijks    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈdɛrtəxˌjarləks/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • 30-jaar·lijks
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen 30-jaarlijks
verbogen 30-jaarlijkse

Bijvoeglijk naamwoord

30-jaarlijks

  1. eens in de dertig jaar plaatsvindend
    • De 30-jaarlijkse evaluatie vindt aan het begin van het jaar plaats. 
Schrijfwijzen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord '30-jaarlijks' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.