Duitssprekend

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  Duitssprekend    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • DuitsĀ·spreĀ·kend
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen Duitssprekend
verbogen Duitssprekende
partitief Duitssprekends

Bijvoeglijk naamwoord

Duitssprekend

  1. het Duits als omgangstaal hebbend
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord Duitssprekend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.