aansjorren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aansjorren    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈanʃɔrə(n)/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aan·sjor·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aansjorren
sjorde aan
aangesjord
zwak -d volledig

Werkwoord

aansjorren

  1. overgankelijk vastsjorren
Afgeleide begrippen
  • aansjorring, aansjorster

Gangbaarheid

  • Het woord aansjorren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.