aanslibsel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanslibsel    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈanslɪpsəl/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aan·slib·sel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aanslibsel aanslibsels
verkleinwoord aanslibseltje aanslibseltjes

Zelfstandig naamwoord

hetaanslibselo

  1. aangeslibde grond
    • Er kwam veel aanslibsel uit de havens. 
  2. (figuurlijk) ongewenste aanwas uit het verleden
    • Het was nodig dat de liturgie en de sacramentenbeleving werden bevrijd van veel aanslibsel uit het verleden. 
    • Het aanslibsel dat de cybernetici in de beleidswetenschap hebben achter- gelaten. 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord aanslibsel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.