aanstichters

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanstichters    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈanstɪxtərs/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aan·stich·ters

Zelfstandig naamwoord

deaanstichtersmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord aanstichter
     Een rechercheur die het kwaad niet bestrijdt - en de aanstichters ervan - hoe zou dat overkomen? Maar misschien was hij gewoon oud.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord aanstichters staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Håkan Nesser
    “Herfst op Gotland” (2021), De Geus (uitgeverij), ISBN 9789044535624
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.