academisch

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  academisch    (hulp, bestand)
  • IPA: /ɑkɑ'demis/, /akə'demis/
Woordafbreking
  • aca·de·misch
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen academischacademischer
verbogen academischeacademischere
partitief academischacademischers-

Bijvoeglijk naamwoord

academisch

  1. van of aan een academie
    • Hij is academisch geschoold, want hij heeft op de universiteit gezeten. 
  2. voor de praktijk minder belangrijk
    • Dat is een zo'n academisch probleem dat nooit in de praktijk voorkomt of zal voorkomen. 
     De opstand in Boedapest in 1956 was een contrarevolutie. De blasfemische gedachte of het een terechte contrarevolutie was, was tegenwoordig een zuiver academische vraag.[2]
  3. weinig origineel, schools volgend
    • De impressionistische schilders voldeden niet aan het academisch schoonheidsideaal. 
Hyponiemen
  • postacademisch
Spreekwoorden
  • Een academische kwestie.
Een voor de praktijk onbelangrijke kwestie.
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord academisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. academisch op website: Etymologiebank.nl
  2. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044633535
  3. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.