aferrar

Spaans

stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aferrar
aferraba
aferrado
volledig

Werkwoord

aferrar

Woordafbreking
  • a·fe·rrar
  • overgankelijk
  1. stevig vastpakken, stevig vastgrijpen, stevig beetpakken
  2. (scheepvaart) verankeren, vastleggen
Synoniemen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.