afijn

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afijn    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • afijn
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘tussenwerpsel: kortom’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1903 [1] [2]

Tussenwerpsel

afijn [3]

  1. (informeel) enfin, welnu
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord afijn staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
79 %van de Nederlanders;
45 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.