aligerar
Spaans
Woordafbreking
- a·li·ge·rar
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
aligerar |
aligeraba |
aligerado |
volledig |
Werkwoord
aligerar
- onovergankelijk
- overgankelijk
- verlichten, ontlasten, minder zwaar maken
- bespoedigen, versnellen
- «Aligerar el paso.»
- De pas versnellen.
- «Aligerar el paso.»
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.