angstigs

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  angstigs    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ang·stigs

Bijvoeglijk naamwoord

angstigs

  1. partitief van de stellende trap van angstig
    • Dat is iets angstigs... 
     In haar blik zag hij iets onderzoekends, iets angstigs ook, alsof ze vreesde dat hij haar toch had herkend en nu alleen maar een spelletje met haar speelde.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord angstigs staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. “Het koninklijk huis” (2022), Ambo/Anthos uitgevers , ISBN 9789026354953
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.