armschder

Pennsylvania-Duits

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈarmʃdɛɾ /
Woordafbreking
  • armsch·der

Bijvoeglijk naamwoord

armschder

  1. onbepaald (zonder lidwoord) nominatief en accusatief mannelijk enkelvoud overtreffende trap van armscht

armschder

  1. onbepaald (zonder lidwoord) datief vrouwelijk enkelvoud stellende trap van armscht

armschder

  1. onbepaald nominatief en accusatief mannelijk enkelvoud overtreffende trap van armscht
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.