aumentar

Spaans

Uitspraak
  • Geluid:  aumentar    (hulp, bestand)
  • IPA: /aw.menˈtaɾ/
Woordafbreking
  • au·men·tar

Werkwoord

aumentar

stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aumentar
aumentaba
aumentado
volledig
  1. onovergankelijk stijgen, toenemen, groter worden
  2. overgankelijk stijgen
  3. opdrijven, verhogen
  4. toenemen, vermeerderen, vergroten
Verwante begrippen

aumentativo, aumento

Synoniemen

Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.