autosurfen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  autosurfen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • au·to·sur·fen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
autosurfen
autosurfde
autosurfte
geautosurfd
geautosurft
zwak -t

zwak -d

volledig

Werkwoord

autosurfen

  1. onovergankelijk staand op een autodak zich rond laten rijden
  2. (internet) met behulp van speciale software automatisch over het internet surfen waardoor het lijkt of webpagina's vaak worden bezocht en die daardoor aantrekkelijke worden voor adverteerders

Gangbaarheid

  • Het woord autosurfen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.