azoïsch

Nederlands

Uitspraak

Geluid: azoïsch (hulp, bestand)

Woordafbreking

azo·isch

Woordherkomst en -opbouw

afgeleid van het Griekse zoè (leven) met het voorvoegsel a- en met het achtervoegsel -isch

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	azoïsch	azoïscher
verbogen	azoïsche	azoïschere
partitief	azoïsch	azoïschers	-

Bijvoeglijk naamwoord

azoïsch ^[1]

(geologie) van, betreffende het azoïcum, zonder fossielen

Gangbaarheid

Het woord 'azoïsch' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.