badiner

Frans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ba.di.ne/
Woordafbreking
  • ba·di·ner
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van badin met het achtervoegsel -er. [1]
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
badiner
badinais
badiné
eerste groep volledig

Werkwoord

badiner

  1. ergatief badineren, schertsen
  2. overgankelijk bespotten, spotten met
  3. ergatief (paardrijden) spelen met zijn bit (van paarden)

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.