beca

Spaans

Uitspraak
  • IPA: /ˈbe.ka/
Woordafbreking
  • be·ca
enkelvoud meervoud
beca becas

Zelfstandig naamwoord

beca v

  1. beurs, studiebeurs, studietoelage

Werkwoord

vervoeging van
becar

beca

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van becar
  2. gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van becar
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.