bedreigend
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bedreigend (hulp, bestand)
- IPA: / bəˈdrɛiɣənt / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- be·drei·gend
Werkwoord
| vervoeging van: | bedreigen |
| verbogen vorm: | bedreigende |
bedreigend
- onvoltooid deelwoord van bedreigen
| stellend | vergrotend | overtreffend | |
|---|---|---|---|
| onverbogen | bedreigend | bedreigender | bedreigendst |
| verbogen | bedreigende | bedreigendere | bedreigendste |
| partitief | bedreigends | bedreigenders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
bedreigend
- dat iets angstig maakt
- Het is echter niet voor het eerst in de geschiedenis van ons land dat we oplossingen moeten zoeken voor bedreigende en onvoorspelbare ontwikkelingen. Het is ook niet voor het laatst dat we die oplossingen gezamenlijk zullen vinden. [1]
Gangbaarheid
- Het woord bedreigend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bedreigend" herkend door:
| 100 % | van de Nederlanders; |
| 100 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Troonrede 2016
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.