benodigen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  benodigen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·no·di·gen
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van nodig met het voorvoegsel be- met het achtervoegsel -en
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
benodigen
benodigde
benodigd
zwak -d volledig

Werkwoord

benodigen

  1. overgankelijk nodig hebben
    • De ondersteuning van het leger was benodigd om het karwei te klaren. 
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord 'benodigen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.