beschamend

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  beschamend    (hulp, bestand)
  • IPA: /bəˈsxamənt/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • be·scha·mend
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen beschamendbeschamenderbeschamendst
verbogen beschamendebeschamenderebeschamendste
partitief beschamendsbeschamenders-

Bijvoeglijk naamwoord

beschamend

  1. waarvoor je jezelf hoort te schamen en boos op jezelf hoort te zijn
    • Het was een beschamende vertoning van het meisje, zo in die schamele kleding. 
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van: beschamen
verbogen vorm: beschamende

beschamend

  1. onvoltooid deelwoord van beschamen

Gangbaarheid

  • Het woord beschamend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.