besvært
Noors
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: / bəˈsʋæːɾt /
Woordafbreking
- be·svært
Woordherkomst en -opbouw
- Bijvoeglijk gebruik van het voltooid deelwoord van het Noorse werkwoord besvære met het voorvoegsel be-
| Naar frequentie | 18300 |
|---|
| stellend | vergrotend | overtreffend | ||
|---|---|---|---|---|
| onbepaald (sterk) |
m/v enkelvoud | besvært | ||
| o enkelvoud | besvært | |||
| meervoud | besværte | |||
| bepaald (zwak) |
enkelvoud en meervoud |
besværte | ||
Bijvoeglijk naamwoord
besvært
- belast, geërgerd, hinderd, geïmportuneerd, lastiggevallen, gemolesteerd, geplaagd, gestoord
Schrijfwijzen
Werkwoord
besvært
- voltooid deelwoord van besvære
Schrijfwijzen
Afgeleide begrippen
- besvært seg
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.