bloemplantjes

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bloemplantjes    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈblumplɑncəs/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • bloem·plant·jes
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

debloemplantjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord bloemplant
     De hoogste woudreuzen en miniemste bloemplantjes ontwikkelen zich uit een embryo in het zaad.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord 'bloemplantjes' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Dolf Weijers
    “Op zoek naar de ‘roots’ van de plantontwikkeling” (12 juni 2013) op wur.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.