braveren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  braveren    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bra·ve·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Frans [1]

Werkwoord

braveren [2]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
braveren
braveerde
gebraveerd
zwak -d volledig
  1. op luide toon en met veel ophef zich trots verheffen
     En we galmden het uit daar op die kleine lagere school, achter de hervormde kerk: „Ons vijanden braveren/ In ’t Westen en in ’t Oost;/ Maar in de Naam des Heeren/ Ben ik hun macht getroost!” ”Braveren” is de branie uithangen, opscheppen, en ”ben ik hun macht getroost” betekent: ik verzet mij moedig tegen hun macht”, legde de meester uit.[3]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord braveren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
28 %van de Nederlanders;
34 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

  1. braveren op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3. Weblink bron
    drs. N. C. van Velzen
    “Met Resler in Rouveen” (30-03-2013), Reformatorisch Dagblad
  4. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.