buig recht

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  buig recht    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈbœyx ˈrɛxt/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • buig recht
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
rechtbuigen

buig (…) recht

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rechtbuigen
    • Ik buig recht. 
  2. gebiedende wijs van rechtbuigen
    • Buig recht! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rechtbuigen
    • Buig je recht? 

Gangbaarheid

  • Het woord buig recht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.