calcineren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  calcineren    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˌkɑlsiˈnerə(n)/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • cal·ci·ne·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
calcineren
calcineerde
gecalcineerd
zwak -d volledig

Werkwoord

calcineren

  1. overgankelijk (scheikunde) blootstellen aan hoge temperaturen onder zuurstofrijke omstandigheden
    • Deze kaolien wordt eerst nog gecalcineerd. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord calcineren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
28 %van de Nederlanders;
40 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.