conglomereren

Nederlands

Uitspraak

Geluid: conglomereren (hulp, bestand)

Woordafbreking

con·glo·me·re·ren

Woordherkomst en -opbouw

afgeleid van het Latijnse met het voorvoegsel con- met het achtervoegsel -eren

Werkwoord

conglomereren ^[1]

onovergankelijk samenklonteren

Synoniemen

samenballen

Afgeleide begrippen

conglomeraat, conglomeratie

Gangbaarheid

Het woord 'conglomereren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.