daní

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /daɲiː/
Woordafbreking
  • da·ní

Zelfstandig naamwoord

daní

  1. instrumentalis enkelvoud van daň
  2. genitief meervoud van daň

Bijvoeglijk naamwoord

daní

  1. nominatief bezield mannelijk meervoud van daný
  2. vocatief bezield mannelijk meervoud van daný

Werkwoord

daní

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord danit
  2. derde persoon meervoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord danit
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.