dicere

Latijn

Uitspraak
  • IPA: /ˈdiː.kɛ.rɛ/
Woordafbreking
  • di·ce·re
stamtijd
infinitief 1e pers. enk.
ind. praes. act.
1e pers. enk.
ind. perf. act.
supinum
dīcere dīcō dīxī dictum
derde vervoeging volledig

Werkwoord

dīcere

  1. actief infinitief praesens van dīcere
    1. zeggen, spreken
  2. passief imperatief praesens enkelvoud van dīcere
    1. word gezegd!
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.