dilateren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  dilateren    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • di·la·te·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
dilateren
dilateerde
gedilateerd
zwak -d volledig

Werkwoord

dilateren [3]

  1. overgankelijk doen uitzetten, wijder maken
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord dilateren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
54 %van de Nederlanders;
66 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.