drastisch

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  drastisch    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈdrɑstis/ (2 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /ˈdrɑs.tis/
    • (Limburg): /ˈdrɑs.tɪs/
Woordafbreking
  • dras·tisch
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘krachtig’ voor het eerst aangetroffen in 1824 [1]
  • van Oudgrieks δραστικός (drastikos) werkzaam, effectief, mogelijk via Frans drastique of Engels drastic, in het Nederlands gevormd met het achtervoegsel -isch[2]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen drastischdrastischer
verbogen drastischedrastischere
partitief drastischdrastischers-

Bijvoeglijk naamwoord

drastisch

  1. doelgericht zeer ingrijpend
    • De regering nam drastische maatregelen om tegen te gaan dat de vogelgriep zich verspreidde. 
  2. snel en fors
    • De drastische achteruitgang van het ledental in de laatste decennia noopt tot herbezinning. [3]
     Hierdoor begon ik steeds vaker na te denken over hoe ik mijn vaste lasten drastisch zou kunnen verlagen, in het bijzonder de hypotheekschuld die als een molensteen aan mijn nek hing.[4]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord drastisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen

Duits

Bijvoeglijk naamwoord

drastisch

  1. drastisch
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.