drievoudig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  drievoudig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • drie·vou·dig
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen drievoudig
verbogen drievoudige
partitief drievoudigs

Bijvoeglijk naamwoord

drievoudig

  1. (scheikunde) driemaal dezelfde groep of binding bezittend
    • Glycerol is een drievoudige alcohol. 
  2. (sport) driemaal dezelfde titel verworven hebbend
    • Hij is de drievoudige wereldkampioen. 
Afgeleide begrippen
  • drievoudigheid
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord drievoudig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.