dunschalen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: dunschalen (hulp, bestand)
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- dun·scha·len
Woordherkomst en -opbouw
- dunschaal zn met de uitgang -en
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dunschalen | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de dunschalen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord dunschaal
- meervoudsvorm als officiële benaming (tweekleppigen) een familie Semelidae van tweekleppige schelpsoorten die behoort tot de orde der Cardiida . Hun habitat is in ondiep water, in slik- en modderbodems, maar sommige soorten leven veel dieper. Ze komen op veel plaatsen voor
Hyperoniemen
- [2] tweekleppigen, weekdieren, dieren
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Gangbaarheid
- Het woord 'dunschalen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.