ejercitar

Spaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • e·jer·ci·tar
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
ejercitar
ejercitaba
ejercitado
volledig

Werkwoord

ejercitar

  1. overgankelijk oefenen, drillen, africhten
  2. uitoefenen, gebruik maken van
  3. beoefenen

Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.