ettelijk

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ettelijk    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɛtələk/
Woordafbreking
  • et·te·lijk
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van het Duits met het achtervoegsel -lijk [1]
naamwoord
onverbogen ettelijk
verbogen ettelijke

Onbepaald voornaamwoord

ettelijk

  1. een vrij groot aantal [2]
    • Hij heeft daar ettelijk uurtje aangenaam doorgebracht. 
    • Na ettelijke pintjes wilde hij toch achter het stuur stappen, maar daar kwam niets van in. 

Gangbaarheid

  • Het woord 'ettelijk' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
84 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.