evacuee
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: evacuee (hulp, bestand)
Woordafbreking
- eva·cu·ee
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | evacuee | evacuees |
verkleinwoord | evacueetje | evacueetjes |
Zelfstandig naamwoord
evacuee
- vrouwspersoon die door de ontruiming van een gebied naar een andere plaats moest gaan
Verwante begrippen
- vrouwelijke vorm van evacué
Gangbaarheid
- Het woord evacuee staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.