fajn

Tsjechisch

Uitspraak
  • Geluid:  fajn    (hulp, bestand)
  • IPA: /fajn/
Woordafbreking
  • fajn
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Duitse fein

Bijvoeglijk naamwoord

fajn

  1. (spreektaal) goed, prima, super
  2. (spreektaal) aangenaam
    «On je fajn
    Hij is (een) aangenaam (persoon).
Verbuiging
  • Onverbogen
Synoniemen
  1. bezva, dobrý, príma
  2. příjemný
Afgeleide begrippen
  • fajnový
  • fajný
Verwante begrippen
  • fajnově
  • fajnovka v
  • fajnovost v
  • fajnšmekr m bezield

Bijwoord

fajn

  1. (spreektaal) goed, prima, super
    «Měj se fajn
    Het beste
Synoniemen

Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.