fatiga

Spaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • fa·ti·ga
enkelvoud meervoud
fatiga fatigas

Zelfstandig naamwoord

fatiga v

  1. vermoeidheid, moeheid
  2. benauwdheid
Synoniemen

Werkwoord

vervoeging van
fatigar

fatiga

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van fatigar
  2. gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van fatigar

Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.