femelen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  femelen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • fe·me·len
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘zoetsappig zeuren’ voor het eerst aangetroffen in 1866 [1]
  • [2]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
femelen
femelde
gefemeld
zwak -d volledig

Werkwoord

femelen

  1. inergatief zoetsappige en zeurderige praatjes houden
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord femelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
25 %van de Nederlanders;
36 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.