fodgænger
Deens
Uitspraak
- Geluid: fodgænger (hulp, bestand)
- IPA: / ˈfoðˌgεŋʌ /
Woordafbreking
- fod·gæn·ger
Woordherkomst en -opbouw
- Samenstelling van de Deense woorden fod en gænger
Naar frequentie | 41889 |
---|
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | fodgænger | fodgængeren | fodgængere | fodgængerne |
genitief | fodgængers | fodgængerens | fodgængeres | fodgængernes |
Zelfstandig naamwoord
fodgænger, g
Afgeleide begrippen
|
|
|
Verwijzingen
- fodgænger in: Det Danske Sprog- og LitteraturselskabDen Dankse Ordbog op website:ordnet.dk
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.