frauduleus

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  frauduleus    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • frau·du·leus
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen frauduleusfrauduleuzerfrauduleust
verbogen frauduleuzefrauduleuzerefrauduleuste
partitief frauduleusfrauduleuzers-

Bijvoeglijk naamwoord

frauduleus [2]

  1. bedrog gebruikend, met bedrog (fraude) gepaard gaand
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord frauduleus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.