gaat aan

Uitspraak

• Geluid:  gaat aan    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• gaat aan

Woordherkomst en -opbouw

• uit gaat (werkwoord) en aan, hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

gaat aan

1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aangaan
   

   • Jij gaat aan. 

2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aangaan
   

   • Hij gaat aan. 

3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van aangaan
   

   • Gaat aan! 

Gangbaarheid

• Het woord gaat aan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.