gerechtigd

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  gerechtigd    (hulp, bestand)
  • IPA: /ɣəˈrɛxtəxt/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ge·rech·tigd
Woordherkomst en -opbouw
  • oorspronkelijk vervoeging van gerechtigen: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel , maar op te vatten als pseudodeelwoord afgeleid van  rechtig zn  met het omvoegsel ge- -d [1]
stellend
onverbogen gerechtigd
verbogen gerechtigde
partitief gerechtigds

Bijvoeglijk naamwoord

gerechtigd [2]

  1. (juridisch) het recht hebben om, bevoegd
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord gerechtigd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.