gestemd
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gestemd (hulp, bestand)
- IPA: / ɣəˈstɛmt / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- ge·stemd
Woordherkomst en -opbouw
stellend | |
---|---|
onverbogen | gestemd |
verbogen | gestemde |
partitief | gestemds |
Bijvoeglijk naamwoord
gestemd
- in een bepaalde gemoedstoestand
- Een optimistisch gestemde groep ging welgemoed aan het werk.
Werkwoord
vervoeging van: | stemmen… |
verbogen vorm: | gestemde |
gestemd
- voltooid deelwoord van stemmen
Gangbaarheid
- Het woord gestemd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "gestemd" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ gestemd op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.