ging samen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ging samen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɣɪŋ ˈsamə(n)/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ging sa·men
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
samengaan

ging (…) samen

  1. enkelvoud verleden tijd van samengaan
    • Ik ging samen. 
    • Jij ging samen. 
    • Hij, zij, het ging samen. 

Gangbaarheid

  • Het woord ging samen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.