ging stuk

Uitspraak

• Geluid:  ging stuk    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ging stuk

Woordherkomst en -opbouw

• uit ging (werkwoord) en stuk, hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

ging stuk

1. enkelvoud verleden tijd van stukgaan
   

   • Ik ging stuk. 
     
   • Jij ging stuk. 
     
   • Hij, zij, het ging stuk. 

Gangbaarheid

• Het woord ging stuk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.