grammaticaal

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  grammaticaal    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • gram·ma·ti·caal
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen grammaticaalgrammaticalergrammaticaalst
verbogen grammaticalegrammaticaleregrammaticaalste
partitief grammaticaalsgrammaticalers-

Bijvoeglijk naamwoord

grammaticaal [1]

  1. (grammatica) betrekking hebbend op de grammatica
  2. overeenkomstig de regels van de grammatica
Antoniemen
Verwante begrippen
  • grammaticaliteit
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord grammaticaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.