grootwaterhoender

Afrikaans

Woordafbreking
  • groot·wa·ter·hoen·der
enkelvoud meervoud
naamwoord grootwaterhoender grootwaterhoenders

Zelfstandig naamwoord

grootwaterhoender

  1. (kraanvogelachtigen) Gallinula chloropus ; waterhoen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.