hari

Indonesisch

Woordafbreking
  • ha·ri

Zelfstandig naamwoord

hari

  1. dag, etmaal
  2. tijd van de dag (in samenstellingen)

Papiaments

Werkwoord

hari

  1. lachen


Surinaams

Werkwoord

hari

  1. trekken


Zarma

Zelfstandig naamwoord

hari

  1. water o
  2. golf
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.